Vijftig jaar Effenaar: dat zijn heel wat posters, affiches en ander soort visuals. Voor ‘Effenaar in Beeld’ ga ik iedere maand langs bij een vormgever die hierin heeft bijgedragen. Wat maakten ze, wat was hun ervaring met het poppodium en waar staan ze nu?
Davy de Lepper | 26.01.2022
Als eerste op mijn lijstje stond niemand minder dan Rik van Iersel. In het jaar 1979, het pre-photoshop tijdperk, startte hij als zestienjarig broekie bij Effenaar. Zonder enige ervaring, maar met een envelop vol schetsen, wist Rik de positie van vormgever bij Effenaar te bemachtigen. Succesvol, want veertig jaar later zijn Rik’s posters collectors items en opgenomen in het Australische erfgoed museum.
Hoe kwam je bij Effenaar terecht als vormgever?
Via via hoorde ik van de vacature voor vormgever bij Effenaar. Geertjan Dusseljee, naar mijn mening één van de beste grafische vormgevers in Nederland, was net gestopt. Ik was al veel bezig met striptekenen, maar wilde me meer verdiepen in druktechnieken. Ondanks dat ik veel te laat was voor de vacature en geen scholing of academie had, kwam ik aan met kleine collages op briefkaartformaat van shows bij Effenaar in de nabije toekomst. Het bestuur toentertijd was al in gesprek met andere kandidaten van de grafische school, maar dat klikte niet echt. Ze zagen iets in mijn rauwe, brutale ontwerpen en dachten: laten we iets doen met die gekke jongen.
Hoe zag de Eindhovense muziekscene eruit in de jaren tachtig?
Naast Effenaar had je nog twee andere belangrijke partijen. Bij Bullet, de platenzaak voor alternatieve muziek op de Kerkstraat, maakte ik al tekeningen en advertenties. Zij verkochten de kaartjes voor concerten in Effenaar. Achterin Bullet repeteerde ik met mijn band Starling en later de Junge Hund. In 1980 werd Kremlin Records opgericht: het eerste Eindhovense label door Carlos van Hijfte (oud programmeur Effenaar) en Ton van Gool (oud directeur-programmeur Effenaar, nu directeur STRP). De eerste elpee die werd uitgebracht bij het label was van mijn band Junge Hund.
Wat betekende Effenaar voor de stad?
De Effenaar in die tijd was een plek voor hippie-cultuur: de spijbelaars en blowers. Toen de punk even later opkwam, vonden zij connectie bij Effenaar; iets wat je al eerder zag bij Melkweg en Paradiso. Terwijl de speedy-punks losgingen, stonden de hippies nog op hun kop te mediteren. Op een vreemde manier ging dit goed samen: iedereen was zoekende. Er waren legendarische concerten in Effenaar, maar er was nog vrij weinig publiek. Je kon die grote bands bij wijze van thuis aan tafel ontvangen. Net zoals velen anderen trok de muziek in Effenaar mij aan en de kunst ontwikkelde zich via de posters die ik maakte. Het was mijn academietijd achteraf. Door de posters kon ik een klein beetje verdienen, maar niet veel. Zeker in de eerste periode ging het om gratis entree, een drankje en bonnen voor honderden tosti’s.
Hoe werden je posters zo populair?
De mensen die bij platenzaak Bullet muziek luisterden, gingen voor een ticket mijn Effenaar-posters verspreiden in de stad. Iedereen kende elkaar en door het gezamenlijke enthousiasme werden de ontwerpen populair. Winkeliers hingen de posters op en zeiden: “Oh, heeft het mannetje weer wat gemaakt.” Het begon een naam te krijgen, waardoor de ticketverkoop steeg. Het één voedde het ander. De posters rouleerden als collectors items. Zo kon ik mijn werk ruilen voor spitse schoentjes uit Hasselt. Tot op de dag van vandaag heb ik hier nog steeds contacten aan over gehouden.
Wat zijn de grafische technieken waarmee zo’n poster tot stand kwam?
Het was de DIY-periode. Je maakte ontwerpen op allerlei manieren. Ik moest werken met een offset drukker, maar die kwaliteit was niet goed. Ik wilde het zwarter hebben, dus nam ik afscheid van de oude drukker waaraan Effenaar vastzat. Er werd toen een nieuwe drukkerij opgericht met mensen van mijn generatie toentertijd: Sanseveria. De mensen die hier werkten waren ook Effenaar-bezoekers.
Toen ik bij Sanseveria ging drukken werd de kwaliteit van het offset interessanter. Je maakte een collage, die werd gefotografeerd en vervolgens belicht op een zinkplaat. Het was op het begin zwart-wit, want kleur was haast onmogelijk. In fullcolour drukken was onbetaalbaar en onhaalbaar qua tijd. Alles moest dan worden gerasterd en in vier of vijf laagjes gedrukt. Met de frequentie en kosten was dit onhaalbaar.
Later ging ik zeefdrukken. Ik wilde het graag leren en dacht: dit is mijn kans. Ik moest het wel zien te verkopen aan Effenaar, maar ze zagen al snel de kwaliteit. Zeefdrukken was in principe hetzelfde proces als offset, maar op een gegeven moment stapte Sanseveria over qua techniek. De films werden niet langer op zinken platen afgedrukt, maar op transparante sheets. Deze kon ik dan weer bij de zeefdrukkerij belichten op de zeef. Een heel technisch verhaal, maar wel belangrijk voor het maakproces.
Je posters zijn heel typografisch. Hoe deed je dit zonder de technieken van nu?
Alles was geplakt. Ik had altijd een schaartje bij me. Bij de bibliotheek was ik niet erg geliefd als je snapt wat ik bedoel. Ik had vaak slechts knipsels en belichtte het ter plekke op de zeef. Heel veel mensen denken dat het zo ontworpen was, maar het waren losse stukjes die ik in de zeefdrukkerij componeerde. Ik plakte dingen af met tape en ging er vervolgens weer overheen met vaak een steunkleur. De poster ontstond vaak pas op de zeef. Het werd steeds experimenteler en groter. Van driehoekige posters tot ontwerpen op drie meter lange bakpapieren en drukken op papieren tasjes. We moesten de posters in een kluis leggen omdat ze anders al weg waren voordat ze verspreid konden worden.
Wat heeft de Effenaar betekent voor jou als kunstenaar?
Het was mijn academietijd, zo moet je het echt zien. Ik ben met vormgeving altijd doorgegaan. De vormgeving werd onderdeel van mijn kunst. De schilderijen kwamen voort uit mijn posters, of andersom. De collage manier van werken zit er nog steeds in. Ik doe eigenlijk nog steeds hetzelfde, maar de digitalisering heeft me verrijkt met meer technieken. Van offset, naar zeefdruk, naar schilderijen, naar muziek en film. Ik ben alleen wat ouder geworden, maar mijn werk is eigenlijk nog precies hetzelfde.